Geestelijke oefeningen

Hieronder volgen meditatieve teksten uit de Navolging van Christus.

Deze teksten kunnen meer betekenis voor je krijgen, als je ze leest binnen een geestelijke oefening.

Opzet voor een geestelijke oefening

  1. Steek met aandacht een kaars aan op een rustige plek.
  2. Neem de tijd om je te ontspannen. Adem rustig  enkele minuten diep in en uit. 
  3. Wandel vervolgens in gedachten aandachtig langs jouw lichaamsdelen (bodyscan) van top tot teen.
  4. Lectio: Lees de tekst van Thomas a Kempis uit De Navolging twee maal hardop.
  5. Meditatio: Mediteer een poosje over een woord of beeld dat vanuit de tekst je ziel raakt.
  6. Oratio: Bid nu vanuit deze meditatieve Bijbellezing tot de Onuitsprekelijke. Wat zou je tegen God willen zeggen?
  7. Contemplatio: Verwijl een tijdje in de aanwezigheid van de liefde van Christus.
  8. In actione: Welke concrete stap wil je na deze geestelijke oefening zetten vandaag?
  9. Rond deze oefening af met het luisteren naar of het zingen van een Taizélied.

 

 

 

 


AFSTAND DOEN VAN JE EIGEN IK

 

INNERLIJKE TROOST, BOEK 4 van de Navolging van Christus, door Thomas a Kempis  (vert. J.Koekkoek/H. Tissink)

 

HOOFDSTUK 32

Afstand doen van je eigen ik en van alle begeerten

 

1 Mijn zoon, je kunt niet perfect vrij zijn, tenzij je je eigen ik totaal opgeeft.

2 Vastgeketend zijn alle kloosterlingen die privébezit hebben en vooral zichzelf liefhebben, de hebzuchtige, nieuwsgierige zwerfmonniken, die altijd hun slappe gemak en niet Jezus Christus zoeken, maar vaak van alles verzinnen en samenstellen wat toch geen standhoudt.

3 Alles wat niet uit God is ontstaan, zal verloren gaan.

4 Houd je aan dit korte, samenvattende spreekwoord:

5 Laat alles los en je zult alles vinden. Geef je begeerte op en je zult rust vinden.

6 Laat dit diep op je geest inwerken en als je het volledig hebt uitgevoerd, zul je alles begrijpen.

7 Heer, dat is geen werk van één dag en geen kinderspel; integendeel, hierin ligt kort gezegd heel de perfectie van de religieuze mens besloten.

8 Mijn zoon, je moet je niet afwenden en niet meteen terneergeslagen raken zodra je hoort over de weg van de perfecte mensen, maar laat je eerder uitdagen tot het hogere en hunker hier tenminste verlangend en herademend naar.

9 Was het maar zo met je gesteld en was je maar zover gekomen, dat je geen eigenliefde had. Richtte je je maar zuiver naar mijn wenken en naar de wenken van hem, die Ik als een vader over je gesteld heb. Dat zou Mij zeer bevallen en dan zou je hele leven in vreugde en vrede verlopen.

 

 


1  Navolging

De Navolging van Christus van Thomas a Kempis (vrije vertaling H.T.)

Boek 1                Handige tips om spiritueel te leven

Hoofdstuk 1      Volg Christus na en beeld Hem uit. Wijs alle waan van de wereld af.

 

1 Als je Mij maar volgt, dan loop je niet meer in het donker, zegt Jezus (Johannes 8:12).

2 Dit zijn woorden van Christus. Zo spoort Hij ons aan om zijn leven en moraal zoveel mogelijk na te volgen. Laten we Zijn leefstijl inbeelden en uitbeelden! Als we tenminste naar Zijn beeld vernieuwd willen worden en echt verlicht. Dan is ons hart niet meer blind en zijn we vrij.

3 Onze beste studie is dus: mediteren en ons oefenen in het leven van Jezus Christus.

4 De levenslessen van Christus gaan veel verder dan de lessen van heiligen. Wie de goede spirit heeft, zal in die levenskunst het verborgen brood vinden dat eeuwig leven geeft.

5 Het komt helaas vaak voor dat veel mensen het evangelie wel horen,

maar er weinig naar verlangen. Zij hebben dan niet de spirit van Christus.

6 Maar wie de woorden van Christus helemaal wil begrijpen en smaken,

zal zich goed moeten inspannen om te leven conform Zijn leven.

  1. Wat heb je eraan om hoogmoedig over de Drie-eenheid te discussiëren,

terwijl je de deemoed mist tot groot ongenoegen van de Drie-ene God Zelf?

  1. Echt waar, hoogdravende woorden maken je niet heilig en tof;

enkel een goed leven strookt met de kostbare liefde van God.

  1. Ik voel liever berouw dan dat ik daar een definitie over weet.
  2. Wat heb je eraan de hele Bijbel en de uitspraken van alle filosofen

uit je hoofd te kennen zonder de liefde en gratie van God?

  1. Alles gaat voorbij. Alles is lucht en leegte (Prediker 1:2).

Alles behalve dit: houd van God en dien Hem alleen.

  1. Dit is het summum van wijsheid: wijs alle waan van de wereld af

en weet je aangetrokken tot Gods nieuwe wereld.

 

 

WIE BEN IK?

 

BOEK 4 van de Navolging van Christus, door Thomas a Kempis

(vertaling van Jacques Koekkoek/Hans Tissink)

HOOFDSTUK 8 (Wie ben ik?) Klein in Gods ogen

 

1 'Ik zal mijn Heer aanspreken, al ben ik stof en as (vgl. Gen. 18:27).

2 Als ik te veel met mijn reputatie bezig ben, dan staat U tegenover mij. Dan pleiten mijn fouten tegen mij. Die kan ik niet tegenspreken.

3 Maar als ik mezelf klein maak, mijzelf tenietdoe, alle zelfgenoegzame reputatie opgeef en mijzelf als stof zie, wat ik ook ben, dan zullen uw gratie en uw licht mij weldadig ter harte zijn. Dan zal alle waardering, hoe minimaal ook, ondergaan in het dal van mijn nietigheid (nihilisme) en daar voor eeuwig in verdwijnen.

4 Daar laat U mij mijzelf zien: wat ik ben, wat ik geweest ben en waartoe ik gekomen ben. Want ik ben niets (nihil), en ik wist het niet (vgl. Ps. 73:22).

5 Als ik aan mijzelf word overgelaten, dan ben ik niets, één en al onvermogen.

6 Maar als U subiet naar mij omziet, word ik direct sterk en vol van nieuwe vreugde.

7 Het is heel wonderlijk dat ik, die door mijn eigen gewicht altijd omlaag getrokken word, zo onverwacht opgericht, verlicht en hartelijk door U omhelsd word.

8 Dit doet uw liefde die mij, zonder enige tegenprestatie van mijn kant, tegemoetkomt. Uw liefde staat mij in zoveel moeilijkheden bij. Zij behoedt mij voor ernstige gevaren en voorkomt, eerlijk gezegd, dat ik mij bezondig aan talrijke wandaden.

9 Want door mijn verkeerde eigenliefde vernietig ik mezelf. Maar door alleen U te zoeken en puur lief te hebben, heb ik zowel mijzelf als U gevonden. Uit liefde heb ik mijzelf nog hartgrondiger tot niets (nichilum) teruggebracht.

10 Want U, o zoetste, staat aan mijn kant, meer dan ik verdien en meer dan ik durf te hopen of te vragen.

11 Wees gezegend, mijn God. Want al ben ik al het goede onwaardig, uw nobelheid en oneindige goedheid houden nooit op goed te doen, zelfs aan hen die ondankbaar zijn en zich ver van U hebben afgekeerd.

12 Bekeer ons tot U. Dan zullen wij dankbaar, nederig en devoot zijn. Want U bent ons heil, onze kracht en sterkte.

 

God dienen

 

BOEK 4 van de Navolging van Christus,

door Thomas a Kempis

(vertaling van Jacques Koekkoek)

 

HOOFDSTUK 10  

Het is aangenaam de wereld achter je te laten en God te dienen

  1. Ik zal nu opnieuw spreken, Heer, en niet zwijgen. Mijn God, mijn Heer en mijn koning in de hoge, ik zal tegen U zeggen:
  2. Hoe groot is het geluk dat U hebt weggelegd voor wie U vrezen (Ps. 31:20).
  3. Maar wat bent U voor hen die U liefhebben, voor hen die U met heel hun hart dienen?
  4. Het is niet in woorden te vatten hoe aangenaam het is U te aanschouwen; het is een geschenk van U aan hen die U liefhebben.
  5. Toen ik nog niet bestond, U mij nog niet geschapen had, en toen ik ver van U afdwaalde, hebt U mij teruggehaald om U te dienen en mij geleerd U lief te hebben. Hierin hebt U mij de lieflijkheid van uw liefde het meest getoond.
  6. O bron van nooit aflatende liefde!
  7. Wat moet ik zeggen over U?
  8. Hoe zou ik U kunnen vergeten? U was zo goed om aan mij te denken, zelfs toen ik wegkwijnde en verloren was.
  9. U hebt boven alle verwachting uw barmhartigheid bewezen aan uw dienaar en U hebt hem hulp en vriendschap gegeven, meer dan hij verdiende.
  10. Wat zal ik U teruggeven voor die genade. Want het is niet iedereen gegeven om van alles afstand te doen, de wereld vaarwel te zeggen en het kloosterleven te aanvaarden. Is het dan iets bijzonders dat ik U dien? Ieder schepsel is toch verplicht U te dienen? Ik moet het niet bijzonder vinden om U te dienen, maar het is vooral bijzonder en verwonderlijk dat U zo goed bent zo’n onbetekenende en onwaardige knecht te aanvaarden en als een van uw geliefde dienaren op te nemen.
  11. Zie, alles is van U wat ik heb en waarmee ik U dien. Maar in feite is het omgekeerde het geval en dient U mij meer dan ik U.

Wat helpt bij tegenslag?

 

INNERLIJKE TROOST, BOEK 4 van de Navolging van Christus, door Thomas a Kempis  (vert. J.Koekkoek/H. Tissink)

 

HOOFDSTUK 30 Vragen om Gods hulp en vertrouwen op zijn gratie

 

1.Mijn zoon, Ik ben de Heer, die jou sterk maakt in tijden van nood (Nahum 1:7).

2 Kom bij Mij als het niet goed met je gaat.

3 Wat de hemelse troost het meest hindert, is dat je je zo langzaam wendt tot het gebed.

4 Want voordat je tot Mij aandachtig bidt, zoek je eerst links en rechts je troost en leef je op van uiterlijke zaken.

5 En zo komt het dat alles je maar weinig helpt, totdat je merkt dat Ik het ben die redding brengt aan wie op Mij hopen. Buiten Mij is er geen echte hulp, geen goede raad en geen duurzaam medicijn.

6 Maar als je na de storm weer op adem bent gekomen, hervind dan je kracht in het licht van mijn warmhartigheid. Want Ik ben dicht bij je (vgl. Fil. 4:5), zegt de Heer, om alles te herstellen, niet alleen hernieuwd, maar in overvloed en overdaad.

7 'Is er voor Mij soms iets moeilijk (vgl. Jer. 32:27), of zal Ik zijn als iemand die wel zegt, maar het niet doet (vgl. Num. 23:19)?

8 Waar is je geloofsvertrouwen?

9 Wees standvastig en houd vol!

10 Wees lankmoedig en sterk; ooit zal jij de troost ervaren.

11 Wacht vol vertrouwen op Mij. Ik zal komen om je te genezen.

Laat het los?!

 

INNERLIJKE TROOST, BOEK 4 van de Navolging van Christus, door Thomas a Kempis  (vert. J.Koekkoek/H. Tissink)

 

HOOFDSTUK 31

Alle schepselen loslaten om de Schepper te kunnen vinden

 

1 Heer, als ik zover wil komen dat echt geen enkel schepsel mij meer kan vasthouden, dan heb ik nog veel meer uw gratie nodig.

2 Want zolang er nog iets is dat mij tegenhoudt, kan ik niet vrij naar U toe vliegen.

3 Vrij vliegen, dat verlangde hij die zei:

4 Wie zal mij vleugels geven als van een duif, dan zal ik opvliegen en rust vinden (vgl. Ps. 55:7).

5 Wat geeft meer rust dan een eenvoudig geestesoog?

6 En wie is vrijer dan wie niets meer te wensen heeft op aarde?

7 Je moet dus loskomen van elk schepsel en jezelf helemaal opgeven, in geestvervoering staande blijven en zien dat U, Schepper van alles, in niets lijkt op de schepselen.

8 En als je niet losgekomen bent van alle schepselen, kun je je niet vrij op het goddelijke richten.

9 Daarom zijn er ook maar weinigen contemplatief, want weinigen weten zich volledig los te maken van de vergankelijke dingen en het geschapene.

10 Daar is veel gratie voor nodig, die de ziel optilt en boven zichzelf uittilt.

11 En als de mens niet in de geest is opgetild en bevrijd van alle schepselen en geheel met God verenigd, dan is alles wat hij weet en heeft maar heel weinig waard.

12 Wie iets anders belangrijk vindt dan het enige, ene, immense en eeuwige goede, zal lange tijd klein zijn en machteloos neerliggen.

13 En alles wat God niet is, is niets en telt niet mee.